Wat ons bindt
Geschreven door Antje van der HoekDit kalenderjaar 2020 zal vermoedelijk de boeken ingaan als een bij uitstek bewogen jaar. Nieuws over de coronabeperkingen hield menigeen regelmatig gekluisterd aan de diverse media die er tegenwoordig zijn. Als kerkenraad bewogen we ons, gedurende de eerste en tweede golf, van de ene persconferentie naar de andere. Wat waren daarvan de gevolgen voor onze Haagse gemeente, wat was verantwoord om door te laten gaan en wat niet? We worstelden ermee, zoals iedere andere religieuze, culturele instelling of bedrijf. Het bleef (en blijft!) steeds laveren tussen de risico’s van besmetting voor met name oudere leden van onze gemeenschap en ‘het gaande houden van de lofzang’. Dit gevoel van onrust werd, wat mij betreft, nog eens geïntensiveerd met de aanloop van de Amerikaanse verkiezingen, begin november. In een stroperig trage, maar tegelijkertijd ijzingwekkende spannende rally tussen de democraat Biden en de republikein Trump werd deze uiteindelijk in het voordeel van Biden beslist, zonder dat Trump echter de presidentiële macht wenste op te geven. Het toont de intense verdeeldheid in de machtigste democratie ter wereld. Belevingswerelden lopen uiteen. Democraten en republikeinen bewonen als het ware parallelle universa. Zelfs in familiekring zijn de verhoudingen vaak gepolariseerd.
Als kerkenraad bewogen we ons, gedurende de eerste en tweede golf, van de ene persconferentie naar de andere. Wat waren daarvan de gevolgen voor onze Haagse gemeente, wat was verantwoord om door te laten gaan en wat niet?
Parallelle belevingswerelden
Ook in ons land bestaan parallelle belevingswerelden. Historicus en remonstrant Coos Huijsen getuigt ervan in zijn onlangs verschenen boek ‘Ode aan het klootjesvolk’ (2020). Hij richt zijn pijlen op een progressieve elite die zich vanaf de jaren zestig probeerde te onderscheiden van de gewone man (m/v). Daarmee had deze politieke en intellectuele elite, volgens hem, maar weinig oog voor de betekenis van een ‘sense of belonging’. Dat wil zeggen: de behoefte aan binding en samenhang bij, in het bijzonder, lager- of zoals Huijsen het noemt praktisch- (versus theoretisch-) opgeleiden. De betekenis van maatschappelijke samenhang werd door hen schromelijk onderschat. Gecombineerd met een technocratische bestuursstijl gaf het ruimte aan een voedingsbodem waar binnen het populisme opkomen en gedijen kon. Ideologisch raakten lager- en hogeropgeleiden elkaar wellicht alleen nog in de waarde die zij toekennen aan ‘vrijheid’ als collectieve Nederlandse identificatiefactor. Zoals bijvoorbeeld bleek tijdens de revolte van de openlijk homosexuele politicus Pim Fortuyn, die onder lageropgeleiden veel aanhang genoot en wordt vertolkt in het bekende liedje ‘Vijftien miljoen mensen/ op dat hele kleine stukje aarde/ Die schrijf je niet de wetten voor/ die laat je in hun waarde van Fluitsma & van Tijn uit 1996.
Ideologisch raakten lager- en hogeropgeleiden elkaar wellicht alleen nog in de waarde die zij toekennen aan ‘vrijheid’ als collectieve Nederlandse identificatiefactor.
Eigen belang én publiek belang
Maar is deze ‘negatieve vrijheid’ genoeg? Het is de verdienste van de deze maand helaas overleden emeritus opperrabbijn van het Verenigd Koninkrijk, Jonathan Sacks, dat hij de vragen rond diversiteit én gemeenschap, nauwer op elkaar heeft weten te betrekken. Als orthodoxe jood benadrukte hij een ethiek van verantwoordelijkheid, geworteld in bijbelse verhalen. Waar het oerverhaal van de torenbouw in Babel (Genesis 11) door hem als de parabel voor onze omgang met verschil werd geduid, is de bouw van de tabernakel, volgens zijn politieke lezing van het exodusverhaal (Exodus 36-39), hét paradigma voor een nieuwe (nationale) gemeenschap. Met de bouw van dit verplaatsbare heiligdom werden de nomadische stammen van Israël tot een nationale eenheid omgesmeed. Iedereen droeg iets bij teneinde de tabernakel te realiseren. In de tabernakel plaatsten zij de ark, met daarin de in steen gebeitelde tien geboden. Vanuit diversiteit creëerden zij zodoende hún symbool van de ‘the common good’ (algemeen belang), een gevoel van nationaal toebehoren.
Jonathan Sacks
Over muren heen
Wat ons bindt en wat ons scheidt: we worden er in dit coronajaar eens te meer bij bepaald. Het is een thema dat ons ook als, voornamelijk hogeropgeleide, autochtone gelovigen aangaat. Juist nu onze samenleving zo versnipperd is, nog versterkt door sociale media als welbekende ‘echokamers van het eigen gelijk’. Wat kunnen we individueel, maar ook als gemeente nog meer doen om, uiteraard binnen onze vermogens, ‘over muren heen’ te reiken naar wie niet op ons lijkt?