10 juni 2020

Vakantiemomenten voor onze ziel

Geschreven door Antje van der Hoek

Prediker wist het al: er is een tijd voor alles. Een tijd om te baren en een tijd om sterven, een tijd om te planten en een tijd om te rooien. Vrij naar Prediker zou je kunnen zeggen dat er een tijd is om je in te spannen en een tijd om te ontspannen. Zo luiden de zomermaanden doorgaans een tijd van ontspanning in. Een tijd om je werkzaamheden even achter je te laten en op vakantie te gaan. Eén van de lastige dingen van het al geruime tijd rondwarende virus is echter dat deze gangbare tiidsstructuur doorbroken is. Velen van ons immers hadden in de afgelopen tijd een vrijwel lege agenda, die zich met de versoepeling van de lockdown, slechts gaandeweg vulde. En die vakantie, in andere jaren zo vanzelfsprekend, zit er dit jaar waarschijnlijk niet in. Daarmee moeten we op zoek naar nieuwe bestemmingen, in die paar landen waar we wél naar toe kunnen, in eigen land of gewoon thuis blijven om daar van eigen tuin, balkon of uitzicht te genieten. Dat is jammer en hopelijk komt het er op een later tijdstip toch nog van.

Eén van de lastige dingen van het al geruime tijd rondwarende virus is dat deze gangbare tiidsstructuur doorbroken is.

Maar het kan ons ook bepalen bij de gedachte dat er áchter dat verlangen naar vakantie wellicht nog meer schuilgaat. Dat blijkt al uit de woorden die we gebruiken. We hebben het over recreatie en recreëeren, een ‘nieuwe schepping’- worden zou je ook kunnen zeggen. Engelstaligen spreken over holidays, letterlijk heilige (holy) dagen. Aparte – ‘heilige’- dagen, die anders zijn dan de gewone, bedoeld zijn om extra van het leven te genieten. En ‘vakantie’ is afgeleid van het Latijnse vacare, dat ‘leeg zijn’ of ‘vrij zijn’ betekent.

Natuurlijk verbeeld ik mij niet dat iedereen z’n vakantieervaringen in dergelijke spirituele termen zal duiden! Maar toch, helemaal los staat het er niet van. Als we het hebben over het opladen van onze batterijen, kunnen we soms ook een spirituele snaar raken. Het deed mij bijvoorbeeld denken aan de ervaringen van Elia op de Horeb (1Kon. 19) . Na een vlucht door de woestijn komt deze profeet na veertig dagen en nachten bij de Horeb aan, Daar overkomt hem iets wat maar moeilijk in woorden te vatten is. Een religieuze ervaring, zouden wij het noemen. Een ontmoeting met God. Je verwacht een manifestatie van het heilige. Van een godheid, die als een Donar, door de wolken raast, met bliksem en donder. Maar dan is er dat absolute tegendeel van spektakel. Elia ervaart God, niet in de windvlaag, , niet in de aardbeving of het vuur, maar in. het gefluister van een zachte bries Of, zoals het ook wel is vertaald, in ‘het suizen van een zachte koelte’ of ‘het geluid van een dunne stilte’. Elia ervaart God: in de stilte, in het bijna – niets.

Natuurlijk verbeeld ik mij niet dat iedereen z’n vakantieervaringen in dergelijke spirituele termen zal duiden! Maar toch, helemaal los staat het er niet van.

Om God te zoeken, zou je kunnen zeggen, moet je jezelf af en toe ‘leeg maken’. Moet je buiten de gewone orde gaan staan, vrij van de dagelijkse beslommeringen. Dat gold voor Elia. Maar het gold ook voor Jezus. Ook Jezus trok zich af en toe terug wanneer de mensenmassa’s hem omspoelden. In het verlengde hiervan zouden we – nu we moeilijker fysiek op vakantie kunnen – ook zélf op zoek kunnen gaan naar ‘vakantiemomenten’ voor onze ziel. Momenten waarop we tot onszelf komen, leeg’ en ‘vrij’ te worden van de routine van de dag en vrede ervaren. Momenten, zoals die waarvan de ik-persoon uit een van de psalmen getuigt:

(…), ik ben stil geworden,

ik heb mijn ziel tot rust gebracht.

Als een kind op de arm van zijn moeder

Als een kind is mijn ziel in mij”.

Gerelateerd