Nederigheid
Geschreven door Reinhold PhilippJezus leeft ons nederigheid voor. Niet alleen bij zijn intocht in Jeruzalem, telkens weer.
Palmen en passie, zij tekenen de dubbelheid van Palmzondag, ieder jaar opnieuw. Bij Palmzondag hoort het verhaal van de feestelijke intocht, het zwaaien met de palmtakken en de opgetogen vreugde. Tegelijk zijn we ons ervan bewust dat de passie, het lijden kort daarna zullen volgen. Het ‘Hosanna!’ voor de nieuwe koning slaat snel om in ‘Kruisig hem!’ We zwaaien vrolijk met de palmtakken, terwijl we weten wat komen gaat: dezelfde persoon die koninklijk wordt ingehaald, extatisch toegezongen en toegewuifd, ondergaat kort daarna spot en verachting, lijden en dood.
‘Intocht’ is eigenlijk het verkeerde woord, want dat woord wordt vooral gebruikt bij officiële staatsbezoeken, bij bezoeken door vorsten en bestuurders van het Romeinse Rijk, bij de terugkeer van een veldheer na een gewonnen veldslag. Jeruzalem heeft herinneringen aan heersers die triomferend de stad binnentrekken. Drie eeuwen vóór deze Palmzondag maakte Alexander de Grote zijn entree, na de bloedige verovering van Tyrus en Gaza. Hij had een blinkende uitrusting, zat hoog gezeten op zijn beroemde hengst. In de tijd van Jezus liet ook Pilatus zich in de paastijd in vol ornaat zien, te paard en vergezeld van een zwaarbewapende garde. Juist omdat het joodse Pasen gevierd werd waar de bevrijding uit de slavernij van Egypte werd herdacht en en door velen werd gehoopt op bevrijding van het Romeinse juk.
Daar lijkt dit gebeuren rondom Jezus in de verste verte niet op. Hier komt geen Romeinse potentaat met machtsvertoon, maar een rechtvaardige koning, nederig, zachtmoedig, een man van vrede, wars van alle geweld. De vele mensen die in onze tijd in verschillende landen moedig en heldhaftig in opstand komen tegen hun dictatoriale onderdrukkers hunkeren naar zulke ‘messiassen’, naar ‘koningen’ als Jezus.
Reeds in de vroegchristelijke gemeente ontstond de traditie om delen uit het passieverhaal -zoals de processie met palmtakken- na te spelen. Zien we het als een soort bibliodrama dan kunnen we ons de vraag stellen: Welke rol zou ik willen spelen? Wil ik net als Jezus in het middelpunt staan? Door iedereen bejubeld. Maar tegelijk wetend dat ik de hoge verwachtingen van de anderen nooit waar kan maken. Of ben ik eenvan de volgelingen? Loop ik ‘Hosanna!’ roepend mee in de stoet? Blijf ik bij Jezus als het lot zich tegen hem keert? Of loop ik angstig weg? En verloochen ik volgeling van hem te zijn? Of sta ik van een afstand te kijken, misschien bang om betrokken te raken?
“Zie, uw koning komt tot u, hij is rechtvaardig en zegevierend, nederig en rijdend op een ezel.” De profeet Zacharia ziet het helemaal voor zich. Jezus leeft ons nederigheid voor. Niet alleen bij zijn intocht in Jeruzalem, telkens weer. De weg van deze koning leidt hem langs de verschoppelingen van zijn tijd, de lammen en de blinden, de melaatsen en bezetenen, langs hen die geen hoop meer hebben. Een koning zonder pracht en praal, maar met oog en oor voor mensen.
Paulus vraagt ons in een brief aan de christenen in Filippi om zijn voorbeeld te volgen: ‘Handel niet uit geldingsdrang of eigenwaan, maar acht in alle bescheidenheid de ander belangrijker dan uzelf.’ Nederigheid of met een oud woord ootmoed, staat tegenover: hoogmoed, arrogantie, een houding van ‘alles draait om mij’. Ik denk dat nederig en nederigheid vooral geassocieerd worden met een kerkelijk taalveld. In de ‘gewone’ wereld, op straat, buiten de kerk, wordt het woord nederig eigenlijk niet gebruikt. Ook bescheidenheid, waar de apostel Paulus over schrijft, heeft in onze tijd een bijna negatieve klank. Nederig of bescheiden, dat is niet iets dat je op je CV schrijft. Het is niet bevorderlijk voor je carrière. In onze maatschappij is opkomen voor jezelf belangrijk. Wie bescheiden is of nederig, wordt gezien als een sukkel, als een loser.
Jezus gaat bewust de weg van ootmoed en nederigheid, de weg van de zichzelf wegcijferende liefde. Het is de weg die wij als volgelingen met hem mee mogen gaan. Dan zijn we onderweg naar Gods nieuwe wereld.