16 maart 2018

Perspectieven in religie en kunst

Geschreven door gastauteur

Perspectieven in religie en kunst

Kijken, kijken en telkens maar weer kijken

Door Jacques Zwaan

Kunst had, evenals religie, in de voorgaande eeuwen een eigen domein: kunst hoorde in het museum, religie hoorde in de kerk. Maar wat als het museum een kerkdienst houdt in een tentoonstelling en de kerk zich op allerlei manieren met kunst inlaat?

Sinds de overgang van de twintigste naar de eenentwintigste eeuw lijkt er een breuk met het verleden te zijn ontstaan. Museum en kerk lijken van plaats te zijn gewisseld. De kerk herbergt de schoonheid en het museum is kunsttempel geworden. In een soort mengvorm van kunst en religie kan in beide instituten rust en bezinning ervaren worden. En de bezoeker kan ook bevraagd worden, geprikkeld worden door een andere manier van denken.

Katholieke kerken laten veel kunstzinnige schoonheid zien, veelal met een sterk piëtistische inslag. De reformatie hield het eeuwenlang vol om geen kunst in haar kerken aan te brengen. Dat is de laatste eeuw veranderd, zij het dat het daarbij gaat om kunst die over het algemeen meer symbolisch, verwijzend en ook wel functioneel is dan in de katholieke kerken. Recent zet die tendens ook daar in. Een voorbeeld dat in zekere mate in die richting gaat, treffen en wij aan in de vernieuwde oud-katholieke kerk te Groningen met een moderne, op esthetica gerichte inrichting. Citykerk Het Steiger te Rotterdam, gebouwd in 1960, liet al een wereld van verschil zien met oudere rooms-katholieke kerken.

Opvallend licht en zonder overvloed aan vrome versieringen, minder devotie. Meer esthetische kunst, minder piëteit, wel de mogelijkheid tot (persoonlijke) religieuze beleving. Minder bepaald door de geloofsbeleving en meer gericht op open religieuze mogelijkheden. De postmoderne religie richt haar zoektocht meer op narratieve en symbo- lische expressievormen.

Verbeeldingskracht

Een belangrijk inzicht van de huidige tijd is dat het beeld, ook van fotografie, en digitale technieken, een eigen zeggingskracht heeft, een eigen logica, ter onderscheiding van de taal van de wetenschap. Het beeld toont wat niet adequaat in woorden is te duiden. In dat opzicht is er verwantschap tussen kunst en religie. Maar kunst en religie waren al lang niet meer vanzelfsprekend op elkaar betrokken. Voor veel kunstenaars die in G a l e r i e 4 4 (een initiatief van de Haagse oud-katholieke parochie) exposeren, is het een eyeopener dat zij hun kunst daar en soms ook in de kerkruimte mogen tonen. Vrijwel de meesten zijn niet (meer) kerkelijk actief en hun beeld van kerk is dat van een streng moraliserend instituut. De galerie is dus ook een pleidooi voor een open kant van de kerk.

Laat je verleiden

In kerk en museum wordt stilte als mogelijkheid en concentratievorm geboden en over het algemeen op prijs gesteld. Soms brengen de grote bezoekersaantallen ook nog wel eens onrust teweeg. Als je langer dan de beruchte negen seconden naar een kunstwerk wilt kijken, kan die bedrijvigheid zeker storen. Het bekijken, beschouwen van kunst behoeft tijd en rust.

Musea en ook sommige kerken bieden allerlei mogelijkheden om bezoekers tot (kunst-) beschouwingen te verleiden. Denk daarbij aan de informatieborden, een audiotour, de gidsen en gastheren en -dames. Je wilt immers weten wat je ziet. Maar eigenlijk zou je eerst moeten kijken, kijken en telkens maar weer kijken.

Een enkele voorbeelden van initiatieven waarin kerk en kunst samenkomen:

– De Oude Kerk te Amsterdam. Sinds 2016 een museum, op zondag worden er ook nog kerkdiensten gehouden. Voor de Oude Kerkgemeente een unieke kans om regelmatig iets met kunst te doen in de viering.

– De Remonstrantse kerk te Den Haag kent al vele jaren op gezette tijden vieringen van woord, beeld en klank. Er is altijd beeldende kunst in die vieringen, meestal via projectie. Een kunsthistoricus geeft een deskundige toelichting. Bijbellezingen, poëzie, zang en muziek worden op harmonieuze wijze met elkaar gecombineerd.

In de veertigdagentijd 2018 hangt er kunst in de kerk, waarmee in een viering een verbinding wordt gelegd.

Veel vrijer zijn de excursies met gemeenteleden naar exposities in verschillende musea.

– Museum Boijmans Van Beuningen te Rotterdam. Een seculiere instelling, die enkele malen per jaar een kerkdienst doet houden in een tentoonstelling, veelal lopend. Daar, dan, wordt de kunst geplaatst in het kader van de viering.

Voortgaand gesprek

In het boek ‘De dans kan niet sterven’ schrijft Marcel Barnard: ‘De kunstminnaar en de gelovige, de toerist en de religieuze mens zijn niet zo gemakkelijk te onderscheiden (…) Het museum is wel eens een seculiere kerk, en museumbezoek functioneert als perfecte contemplatie voor een modern mens, die zijn God ergens onderweg is kwijtgeraakt (…) Misschien is het zelfs wel achterhaald om over musealisering van de kerk en sacralisering van het museum te spreken. Beide bevinden zich in een ambivalente positie en worden geconfronteerd met de vraag of hun tijd niet voorbij is.’ Religie en kunst zijn beiden sterk veranderd. Beiden fungeren als verwijzing, als referentiepunt, eerder dan als ijkpunt. Want wat is kunst eigenlijk? ‘Kunst is wat ons ontroert, doet nadenken, de wereld beter te doen begrijpen en onze geest, ons lichaam en onze emoties aanspreekt. Kunst definieert ons als mensen, het is onze typische karakteristiek. Kunst is een voortgaand gesprek, een dialoog,’ aldus een opmerking van Bert Ververs, een van de kunstenaars die exposeerde in een parochietuin in Culemborg.

Een toerist loopt tijdens de vakantie een middeleeuwse kerk binnen, steekt er wellicht een kaarsje op, op zoek naar voorbije schoonheid. Het is de vraag of hij een mooi en oud gebouw bezoekt of een sacrale ruimte. Het antwoord zal niet eenduidig zijn. Een ander bezoekt een museum met hedendaagse kunst en geniet daarvan. De kunstliefhebber en de gelovige toerist zijn niet gemakkelijk van elkaar te onderscheiden.

Gerelateerd