Zien met de ogen van je hart
Geschreven door Antje van der HoekIeder evangelie kent zo z’n eigen accenten als het om opstandingsverhalen gaat. Zo is er bij Johannes een bijzondere rol weggelegd voor de zogeheten ‘geliefde discipel’. Van hem wordt verteld dat hij, bij het zien van Jezus’ graf, ‘zag en geloofde’ (Joh. 20:8). Het wekt de nieuwsgierigheid: wie is deze snelle ziener, deze leerling van wie Jezus bijzonder veel hield? Mysterieus in z’n anonimiteit, terwijl hij tegelijkertijd zo’n grote rol speelt? Hoe komt hij aan z’n vlotte begrip en is uitgerekend hij diegene die direct in Jezus’ opstanding gelooft?
Jezus’ boezemvriend
In het Johannesevangelie komen we hem voor het eerst tegen bij Jezus’ laatsteMaaltijd. Dan ligt hij, op de toen gebruikelijke manier, aan tafel aan direct naast Jezus. ‘Hij lag aan de ‘boezem vanJezus’ vertaalt de oudere NBG-vertaling dichterlijk. Het is een vorm van intimiteit, die kenmerkend is voor de vertrouwenspositie die deze geliefde discipel moet hebben ingenomen en van zijn rol als insider. Terwijl de geliefde discipel uitblinkt in snelheid, schittert die andere prominente leerling, Petrus, in traagheid. In hun wonderlijke wedloop naar het graf komt hij dan ook als ‘winnaar’ uit de bus. Ik kan mij niet anders voorstellen dan dat hij dit snelle inzicht te danken had aan zijn bijzondere band met Jezus. Met andere woorden: de geliefde discipel keek met de ogen van zijn hart. Het was de macht van de liefde die hem de ogen opende. Lichamelijk gesproken was Jezus gestorven, maar alles waarvoor hij had geleefd was nog springlevend: Jezus’ boezemvriend moet dit in een oogwenk hebben begrepen.
Rouwproces
Maar zijn onze ervaringen met wie wij persoonlijk aan de dood verloren niet geheel anders? Wanneer we iemand die ons zeer lief was, moeten wegbrengen naar een begraafplaats of crematorium? Beland je als rouwende dan niet eerder in ‘een land waarin je de weg niet kent’, om met de titel van een boekje van Carel ter Linden te spreken? Een ‘land’ waarin je worstelt met diverse emoties, van pijn, verdriet, wanhoop en angst? Waarin je ronddoolt en, op zoek naar houvast, eerst allerlei rouwfasen moet doorlopen voordat je je weer enigszins in evenwicht bent?
Liefde sterker dan de dood
Hoe dit rouwproces bij de geliefde discipel verliep: wie zal het zeggen? Tóch stel ik mij voor dat zijn uitzonderlijke vertrouwensband met Jezus hierin een rol speelde en dat het hem daardoor al snel gegeven was door de leegte heen te zien. Om ‘te zien’ dat Jezus’ liefde iets onverwoestbaars had. Dat, zoals het in het Johannes-evangelie keer op keer, in mystieke bewoordingen, wordt gezegd ‘Jezus in de Vader was en de Vader in hem’. Dat zijn liefde sterker was dan de dood, een blijvende Bron om uit te putten. Dat zijn dood daarmee, paradoxaal genoeg, nieuw leven bracht.
Blijvende inspiratie
Zo nodigt dit opstandingsverhaal ons uit om mee te kijken door de ogen van die geliefde discipel. Om met de ogen van ons hart te kijken. Om de blijvende inspiratie te zien van hem die een smadelijke dood stierf aan een kruis, maar door de eeuwen heen mensen op de been heeft gebracht om iets van zijn bijzondere nalatenschap gestalte te geven. Zoals verwoord in onderstaand gedicht van Ida Gerhardt. Over Jezus, die in de symbolische geheimtaal van de eerste christenen, werd voorgesteld als ‘vis’. Toen het geloof nog niet openlijk mocht worden beleden, was de vis (Gr. Ichthus) immers het monogram van ‘Jezus Christus, Zoon van God, Redder’. Een soort mini-geloofsbelijdenis dus. De vis (Jezus) uit het gedicht, die ‘door de vloed werd bedolven’, staat op in mensen, staat op in ons:
De vis, getrokken door mijn hand
en èven vrij nog van de golven
zal straks gewist zijn van het strand
en door de grote vloed bedolven,
maar, in het water dat hem nam
zwemt levende het Monogram
Geheime trek van tij en maan
Hij zal op alle kusten staan.